Onder de loep
Er komt een vrouw de coupe in. Ze is Engels en iedereen hoort dat. Ze begint namelijk luid te kletsen met het meisje naast haar in de vierzits. Of nou ja, ‘met’ is teveel gezegd. Vooral ‘tegen’.
‘De trein is druk zeg op dit tijdstip, ze moest lang wachten in de rij voor de koffie maar ze zou gewoon een trein voorbij laten gaan want ze heeft echt koffie nodig ‘s ochtends, wat zijn Hollanders af en toe toch onaardig he, er waren een paar mensen op het perron net (waar ze stond te roken en dat weet ook iedereen want ze ruikt alsof ze haar kleding wast in sigarettenas) en die keken haar zo raar aan omdat ze een beetje aan het neuriën was, ze is blij dat ze ondertussen nog een zitplek heeft kunnen bemachtigen want oh oh oh wat is het druk in de trein’.
Er komt een meneer de coupe in. Hij lacht vriendelijk naar verschillende mensen. En naar de kletskous. Die dit signaal opvat als een startsein. Ze ruilt haar ene gesprekspartner/ praatpaal zonder pardon in voor het heerschap van naar schatting vergelijkbare leeftijd als zij. Het meisje lijkt opgelucht en neemt direct maatregelen om te zorgen dat haar dit niet nog eens gebeurt. Ze probeert koortsachtig het snoer van haar oordopjes uit elkaar te frutten, pakt een schrijfblok en studieboek en doet haar best om uit te stralen ‘ik ben megadruk en moet me bijzonder concentreren op mijn hyperintelligente boekwerk dus je kunt me niet storen’.
In de vierzits aan de andere kant van het gangpad zit ook een meneer. Hij pakt ook zijn oordopjes. En hij rolt een paar keer met zijn ogen. Uit zijn porien druipt ergernis. De Engelse praat te hard naar zijn zin. Hij doet de oordopjes in, maar kijkt vervolgens boos naar zijn telefoon. Geërgerde meneer doet de oordopjes uit en stopt de telefoon weg. Vermoedelijk is de batterij leeg. Hij besluit om dan maar vele malen opvallend geërgerde blikken te werpen naar de luide Engelse en gretige Hollander aan de andere kant van het gangpad. Een vrouw tegenover de geërgerde meneer pakt ondertussen iets uit haar tas. Het is een banaan. Ze pelt hem. En hapt er van terwijl ze dromerig naar buiten kijkt. Dat staat de meneer wel aan. Hij kijkt nu niet meer geërgerd. Uit zijn poriën druipt nu bewondering. En een vleugje geilheid. Hij staart naar de bananenvrouw en lijkt dit niet door te hebben. Naast de vrouw met de banaan zit ik. Ik werp geërgerde blikken naar de geilbak. Wat jammer weer dat vrouwen niet gewoon een banaan kunnen eten.
De luide Engelse stapt uit. De gretige man tikt het meisje met de oordopjes, het schrijfblok en het studieboek aan. Of ze een papiertje voor hem heeft. Hij krabbelt er iets op. Volgens mij zijn e-mailadres. Hij geeft het aan de Engelse kletskous. De vrouw stoot verrukte kreten uit. Het meisje doet haar oordopjes weer in en glimlacht vertederd naar de vrouw. De bananenvrouw heeft haar banaan inmiddels op. Het was een lekkere banaan. Dat zie je aan haar. De geilbak is weggezakt in een aangenaam dutje. En ik schrijf.
Iedereen blij.
Het wordt een goeie dag.